Maria Deen moet een zware operatie ondergaan en de afloop daarvan is onzeker. Vier jaar later hebben Maria’s zoon Robbert en zijn vriendin Pip de huisartspraktijk overgenomen. Maria’s dochter Isa en haar man Freek, de dominee, hebben hun intrek genomen in het huis van Dokter Deen. Daar zorgen ze voor Femke, het kind van Maria’s derde kind Wendy, en voor Moeder Deen. Het is onduidelijk hoe het met Maria is en of ze nog leeft. Moeder Deen vraagt er voortdurend naar, maar iedereen geeft haar een ander antwoord. Moeder Deen is ervan overtuigd dat ze dood is. De geestestoestand van Moeder Deen gaat hard achteruit. Isa wil haar het liefst naar een verzorgingshuis sturen, maar Moeder Deen wil daar niets van weten. Isa’s huwelijk met Freek is sleets geworden. Ze hebben het veel te druk met het zorgen voor anderen. Wendy studeert in Utrecht diergeneeskunde. Met de gezondheid van hun oom Jan Barendtsz gaat het slecht. En dan gebeurt er iets totaal onverwachts…