Tijdens het spelen in een oude bunker vinden Agnieszka's kinderen een skelet. Het blijkt dat de botten toebehoren aan de biologische vader van het eerste slachtoffer en de echtgenoot van Agnieszka's buurvrouw, mevrouw Henrykka. De puzzelstukjes beginnen in elkaar te vallen. Het lijkt erop dat de oplossing van de misdaadpuzzel binnen handbereik is, maar net op dat moment ontvoert de dader van de moorden Agnieszka. De gevangen vrouw, die aan diabetes lijdt, heeft haar levensnoodzakelijke insuline niet bij zich.